Geavanceerde bewegingen
Geavanceerde aanraakbewegingen zijn onder andere bewegingen met 3, 4 en 5 vingers. Selecteer een gebaar om het te activeren of wijzig het gebaar door een nieuwe actie te selecteren in het vervolgkeuzemenu van het gebaar.
Aangepaste aanraakbewegingen maken
- Open Wacom Center.
- Selecteer uw apparaat in de zijbalk Apparaten en selecteer daarna Aanraken & bewegingen.
- Selecteer het tabblad Geavanceerde bewegingen.
- Om een aanraakbeweging te activeren of deactiveren, vinkt u het vakje naast de naam van de beweging aan of uit.
- Klik in het tekstvak en selecteer een actie uit de zijbalk Actie om een aanraakbeweging te wijzigen.
Herkenning van geavanceerde bewegingen
U kunt Wacom of Windows kiezen voor de herkenning van uw bewegingen. Dit is een algemene optie die van toepassing is op al uw toepassingen, tenzij u toepassingsspecifieke instellingen aanmaakt.
Wacom: Dit is de standaardinstelling. Dit biedt een consequente aanraakervaring in verschillende toepassingen: een beweging met 3 vingers werkt hetzelfde in zowel Toepassing A als Toepassing B. Met deze selectie kunt u aangepaste aanraakbewegingen met 3, 4 en 5 vingers maken.
Windows: Selecteer deze optie als u wilt dat het Windows-besturingssysteem uw bewegingen met 3, 4 en 5 vingers aanstuurt. Windows geeft de beweging aan elke toepassing door. Als de toepassing die beweging ondersteunt, zal deze worden geactiveerd. Het gebruik van de bewegingsherkenning van Windows betekent dat verschillende toepassingen verschillende manieren kunnen hebben waarop ze op dezelfde beweging reageren. Bijvoorbeeld: een beweging met 3 vingers in Toepassing A zorgt voor een bepaald gedrag, terwijl dezelfde beweging met 3 vingers in Toepassing B iets anders doet.
| Deel mijn gegevens niet | | Cookies | | Gebruiksvoorwaarden | | Privacybeleid |